Trips vanuit New York: roadtrippen aan de oostkust van de USA

New York is een fantastische stad, waar je makkelijk een week kan doorbrengen zonder je ook maar een moment te vervelen. Maar wil je je stedentrip combineren met een uitstap naar het platteland van Amerika, of maak je een roadtrip in het oosten van de Verenigde Staten, dan kan ik je deze 4 bijzondere bestemmingen aanraden.

#1 Woodstock, New York State

Woodstock, de plek waar in de zomer van 1969 het legendarische muziekfestival plaatsvond, is een plek die je zeker moet bezoeken! Het Woodstock festival kondigde zichzelf aan als 3 dagen vol peace, love & music. De affiche was veelbelovend: Janis Joplin, The Who, Joe Cocker, Jimi Hendrix,…

De organisatoren hadden maximum 200.000 man verwacht, er kwamen er dubbel zoveel. De toestroom was zo overweldigend dat auto’s gewoon midden op de weg werden achtergelaten, en men te voet naar de weide ging. Er was onvoldoende voedsel voorradig om iedereen drie dagen lang te eten te geven, en er waren veel te weinig sanitaire voorzieningen.

Bovendien ging de peace, love and music gepaard met regen. Véél regen.

Maar dat mocht niemand deren. Het Woodstockfestival groeide uit tot hét symbool van het hippietijdperk.

Alleen vond het festival eigenlijk niet plaats in Woodstock. Maar wel wat verderop, in een dorpje genaamd Bethel, een uur rijden van het dorp Woodstock. Vergis je dus niet als je de oorspronkelijke festivalweide van Woodstock gaat bezoeken. 🙂 De weide is er immers nog steeds, maar ligt dus in Bethel, en wordt tot in de puntjes onderhouden. Als een reliek. Er staat zelfs een gedenkplaat. Al had die nu volgens ons wel meer weg van een grafzerk dan van een festivalherinnering.

Naast de festivalweide werd er een amfitheater gebouwd, waar in de zomer vaak indrukwekkende concerten plaatsvinden. En er is ook een museum, Bethel Woods Center for the Arts, dat een ode brengt aan de hippiecultuur van weleer. Het museum is zeer visueel en interactief opgebouwd, en brengt alle hoogtepunten van de jaren ’60 in kaart. Ook het protest tegen de Vietnamoorlog krijgt veel aandacht. Je kan er op het einde ook de documentaire over het festival bekijken. A trip down memory lane voor wie een kind van de sixties is, en een erg leuke kennismaking met peace, love and music voor de jongere generatie.

Je zou er oprecht zin van krijgen om instant een hippie te worden.

Gelukkig zijn we in Amerika, waar the sky the limit is, en kan je je beste hippiebeentje voorzetten als je het dorpje Woodstock gaat bezoeken. Alsof de tijd er is blijven stilstaan en men nog steeds leeft volgens de beginselen van sex, drugs and rock’n roll. Winkels verkopen er hippiekleren, en ook de hotels doen vaak aardig hun best om je terug te katapulteren in de tijd.

Wij sliepen tijdens ons bezoek aan Woodstock in een fantastisch hotel: de buitenkant van het huis was knalroze geschilderd, en de kamers waren behangen met psychedelische figuren in oranje, groen, geel… Maar het zat hem vooral in de details: een oude platendraaier, een radio uit de jaren 60, een koffie-apparaat uit vervlogen tijden…

Als we de dag nadien verder rijden gaan we iets eten in een typische diner, precies zoals je ze kent van de Amerikaanse soaps op tv. We raken er aan de praat met de serveerster en de dames aan de tafel achter ons. Ze zijn al een beetje van leeftijd, dus we vragen hen of ze zich het festival nog herinneren. Wat blijkt: ze waren er zowaar bij! Het is te zeggen, toch op de eerste dag. Toen begon het te gieten, en werd de weide omgedoopt tot een modderpoel, hadden ze honger maar was er geen eten, hun jeans was doorweekt en er was nergens mogelijkheid zich even op te frissen, en het bleef maar regenen. Toen hun lippen blauw werden van de kou hebben ze het wachten op Jimi Hendrix opgegeven en zijn ze naar huis teruggekeerd… Nee, het wordt nu wel opgehemeld maar in het echt was er volgens hen maar niks aan.

Maar of ze dan toch niet een beetje spijt hebben dat ze niet gebleven zijn, op dat festival dat 50 jaar later nog steeds tot ieders verbeelding spreekt? Mjaaaa… Op die vraag moeten ze met een bedremmeld gezicht uiteindelijk toch wel instemmend knikken. 😊

Praktisch:

• Rijden: Het is met de auto ongeveer 2 uur van New York City naar Bethel
• Slapen: wij sliepen in Woodstock, in het White Dove Rockotel, maar dat werd intussen overgenomen en heropend als The Herwood Inn

#2 Catskills, New York State

Als je tijdens je roadtrip in de USA van Bethel naar Woodstock rijdt doorkruis je letterlijk de Catskill mountains, een prachtig natuurgebied, op een steenworp van New York City. Als je goed kijkt kan je op sommige plaatsen omgevallen bomen spotten met de typische bever-insignes. En als je echt geluk hebt, kan je ze hier en daar ook aan het werk horen én zien.

Op één plek in de Catskills zagen we opvallend veel orthodoxe joden, en hier en daar ook joodse vakantiedomeinen, waar de opschriften aan de ingang zelfs enkel in het Hebreeuws waren. Het was een beetje een grappig zicht, want we waren er in de zomer, het was snikheet, en al die orthodoxe joden hadden hun warme traditionele kledij aan, en liepen daar maar een beetje te dralen langs de kant van de weg, allemaal druk verdiept in een boek.

Ten gevolge van de oorlog in Europa waren er heel wat joden gevlucht waren naar New York. Maar in de jaren ’20 waren ze nog op veel plaatsen niet welkom: ze werden niet aanvaard door luchtvaartmaatschappijen, en ook hotels weigerden vaak joodse gasten. Op vakantie gaan was dus niet vanzelfsprekend.

Ondernemend als ze zijn, richtten ze dan maar hun eigen vakantiekolonie op, in één van de mooiste stukjes natuur in de buurt van New York, de Catskills. Ze bouwden er luxueuze vakantieresorts. Dit gebied werd daarom ook wel de ‘Borscht Belt’ genoemd, en was dus een erg populaire vakantiebestemming onder Amerikaanse joden.

De glorietijd van de resorts is voorbij, maar toch worden de Catskills vandaag duidelijk nog steeds druk bezocht door joden, al hadden we de indruk dat het vooral jongeren waren die er op een soort Thora-studiekamp kwamen tijdens hun schoolvakantie.

Praktisch:

• Rijden: je gaat er recht door als je tijdens een roadtrip van Bethel naar Woodstock rijdt, of omgekeerd
• Slapen: deden we er niet, maar we gingen wel iets eten in Phoenicia diner

#3 Lancaster, Pennsylvania

Ik kan het niet helpen, maar ik heb al sinds jaar en dag een fascinatie voor de Amish. Op roadtrip gaan naar de USA zonder een plek waar Amish wonen te bezoeken was voor mij dus geen optie.

Lancaster is een beetje het kloppend hart van het Amish gebied in de USA. En jawel, je ziet er inderdaad de inwoners nog op paard en kar rondrijden. Maar dan wel een kar met koplampen op, zoals bij een auto. 🙂

Je moet er eigenlijk toch minstens een nacht blijven om de sfeer wat op snuiven. Wij kozen tijdens ons bezoek aan Pennsylvania bewust voor een motel dat door een Amish familie uitgebaat werd. Beetje oubollige bedoening, maar voor de rest niets bijzonders op te merken. Dachten we.

Tot we de volgende dag opstonden, en mijn vriend zich in bloot bovenlijf in het deurgat van onze hotelkamer eens goed uitstrekte. Nadat hij voor de derde keer zijn kop door het deurgat gestoken had om iets tegen mij te zeggen terwijl ik buiten een boekje zat te lezen, hebben we door dat het kamermeisje telkens wegvlucht als er een man in haar vizier verschijnt. Ze laat de poetskar, bezem en vod ter plekke achter en verdwijnt terstond om het hoekje. Om pas terug te voorschijn te komen als er geen manspersoon meer te bespeuren valt. Een ganse onderneming dus. Om haar in alle rust haar werk te laten doen trekken we ons dus maar terug achter de gesloten deur van onze hotelkamer.

Wanneer we ’s avonds in de buurt van Lancaster iets willen gaan eten vraagt de uitbaatster van het motel of ze ons suggesties kan geven. Graag, antwoorden we. Al voelen we ons toch een beetje gegeneerd als ze vraagt of we bij onze maaltijd alcohol willen drinken. Waarop ze niets beters kan verzinnen dan ons de pub van een brouwerij aan te raden. 🙂

Praktisch:

• Rijden: vanuit New York city naar Lancaster is het 3u rijden
• Slapen: wij sliepen in het dorpje Ronks, in motel Quiet haven
• Eten & drinken: deden we in Lancaster Brewery Company

#4 Gettysburg, Pennsylvania

In Gettysburg vond in 1863 de belangrijkste slag plaats in de Amerikaanse Burgeroorlog, tussen de Noordelijke en de Zuidelijke staten. Die burgeroorlog heeft 4 jaar geduurd en uiteindelijk geleid tot de afschaffing van de slavernij in de Verenigde Staten.

Doorheen het ganse toenmalige slagveld van Gettysburg vind je nu gedenktekens terug voor iedereen die er meegestreden heeft. Het is echt de moeite waard om met de auto eens het ganse militaire park af te rijden. Idealiter nadat je het museum bezocht hebt, waar je meer uitleg vindt over de burgeroorlog zelf en de rol die de slag om Gettysburg daarin gespeeld heeft.

Praktisch

• Rijden: 1u20 vanuit Lancaster, 3u45 vanuit NYC
• Slapen: wij brachten de nacht door in een weinig vermeldenswaardig motel langs de grote baan
• Eten daarentegen deden we in de kelder van Dobbin house, een gezellig restaurantje, waar we zowaar voor het eerst tijdens onze roadtrip kaarsen ontwaren op de tafels. Het restaurant bevindt zich bovendien in het oudste nog overgebleven gebouw van Gettysburg, dat tijdens de slag om Gettysburg dienst deed als veldhospitaal

 

Praktisch tips voor een roadtrip in de USA

• Wij boekten een fly & drive via Exit Reizen en vlogen vanuit Amsterdam naar New York. We vlogen bewust vanuit dezelfde luchthaven terug naar huis, omdat dit zowel voor de vlucht als voor de huurauto een pak goedkoper uitkwam.
• We brachten eerst een paar dagen in New York door en gingen pas op de dag van de start van de eigenlijke rondreis onze huurauto afhalen op de luchthaven.
• Voor sommige staten in de USA heb je een internationaal rijbewijs nodig. Kan je gewoon aanvragen bij je gemeente. Kostte bij ons 16 euro, en is 3 jaar geldig.
• Om naar de Verenigde Staten te reizen heb je een ESTA-visum nodig, kan gewoon online maar vraag je best wel tijdig aan.
• Wij kozen voor een gewone wagen, geen camper. We sliepen in motels en hotels die we telkens pas de dag zelf zochten, zonder vooraf te reserveren.
• Zowel om de wagen te reserveren als in bepaalde hotels dien je een creditcard te kunnen voorleggen om een waarborg mee te betalen. Een roadtrip maken in de USA zonder creditcard is quasi onmogelijk.
• Omdat een gps huren best prijzig is, zeker voor langere duur, namen we onze eigen TomTom mee van thuis, waar we de kaarten USA & Canada op geladen hadden. Kost van de aankoop van die kaarten: 50 euro. De gps had ook een functie ‘dichtstbijzijnde hotels zoeken’. Wanneer we ergens tussen 2 steden in zaten en onderweg een slaapplek zochten, gebruikten we regelmatig deze functie om een motel te vinden. Erg handig!
• Als reisgids gebruikten we de Lonely Planet, vooral voor restauranttips, en gaf hier en daar ook erg goede tips om bij het rijden even off the beaten track te gaan en een mooiere weg te nemen, met dan ook wat uitleg over de bezienswaardigheden erbij.
• De USA is duur! Reken in je budget gemiddeld 80 tot 100 dollar voor een doodeenvoudige motelkamer voor 2 personen, zelfs wanneer het motel knal naast de snelweg ligt, in the middle of nowhere. Een tip: als je pas in de late namiddag arriveert, cash kan betalen en een beetje zielig kijkt, kan er soms nog wel wat van de prijs af.